“Je gaat gewoon het gesprek aan, zonder vooringenomenheid”

 In Ontwikkeling

Als een echte CDD-analist woog Martijn Prins enige tijd geleden zijn kansen af. Hij zag de financiële wereld veranderen en stelde zichzelf de vraag waar zijn kansen zouden liggen, nu en in de toekomst. Het belang van Know Your Customer wordt steeds groter, niet alleen binnen de bankenwereld, maar ook daarbuiten. Hij stort zich nu vol op dit onderdeel, maar erkent dat, naast het analytische deel, juist de gesprekken met  de klanten hem erg trekken.

“Maar waarom heeft u deze lening dan nodig? Voor verbouwing aan uw bedrijf? Waarom leent u dit geld dan in Kenia? Een ver familielid. Ah ja..” Zo kán een gesprek met Martijn Prins, CDD -analist bij Rabobank, gaan. Dat zijn echter wel de uitzonderingen, zo geeft Prins zelf aan. “In meer dan negentig procent van de gevallen levert een gesprek tussen mij en een klant voldoende verheldering om diegene als klant te behouden.”

Het zijn juist de meer ongebruikelijke gesprekken die Martijn Prins zo mooi vindt aan het vak dat hij sinds dit jaar uitvoert. Dit na meer dan tien jaar aan andere functies binnen Rabobank. Prins: “Als accountmanager en later meer in coachende rollen.” Al elf jaar wordt hij via FBD gedetacheerd bij deze Nederlandse grootbank, dus hij zal wel – gepokt en gemazeld binnen finance – altijd binnen de bank willen blijven werken zeker? Dát beeld nuanceert Prins enigszins. Hij geeft toe een tijdje terug eens kritisch naar het perspectief te hebben gekeken. “Er gebeurt van alles in de financiële wereld. De bank krijgt veel meer een poortwachtersfunctie. Maar ook ben ik net vader geworden. Heb ik wel een juiste balans tussen werk en privé? Allemaal vragen die ik mezelf ben gaan stellen.”

CDD-analist

De keuze voor CDD was dus een hele bewuste voor Prins. “Bij die poortwachtersfunctie zie je dat banken steeds beter moeten gaan kijken naar waar het geld nou vandaan komt en waar het heengaat. Ook zie je dat compliance en Know Your Customer (KYC, red) binnen de politiek veel aandacht krijgen en dat het vakgebied hierin meebeweegt. Daarnaast is CDD universeel: het kennen van je klant omspant meer dan alleen banken, maar ook andere financiële instituten, dus dat biedt ook de nodige bewegingsruimte. Al met al – en bovenal – vind ik het vakgebied enorm interessant.”

De combinatie tussen analyse en klantcontact is voor Prins echt een pre: op deze manier komt hij er ook écht achter waarom op de Rabobank-burelen de alarmbellen soms gaan rinkelen. “Je gaat gewoon een goed gesprek met die klant aan, zonder vooringenomenheid, maar juist vanuit interesse.” Hoewel dat niet altijd even makkelijk is. “Kapperszaken waar iedere week met briefjes van vijfhonderd wordt betaald, dat is op zijn minst opmerkelijk.” Maar gelijk een verdenking plaatsen werkt hoe dan ook averechts. “Als iemand mij direct ergens van zou beschuldigen, zou ik zelf ook mijn hakken in het zand zetten.”

Gesprek aangaan

Naarmate het gesprek met de klant vordert, dringt Prins steeds dieper tot de kern door en worden bijvoorbeeld kwesties als met die vijfhonderd eurobriefjes blootgelegd. “Soms worden ondernemers gebrúíkt voor witwaspraktijken: daar moeten ze zich dan wel bewust van zijn. Je geeft dan advies hierover en maakt afspraken om dit in de toekomst te kunnen voorkomen.” Een gesprek kan dus heel wat opheldering opleveren. “Hoewel we zo’n louche ondernemer, die onvoldoende kan verklaren waar het geld vandaan komt, niet faciliteren natuurlijk. Je komt er dan al vrij snel achter dat dergelijke verhalen aan alle kanten rammelen en vaak allesbehalve consistent zijn.”

Andere banken waarschuwen, daar steekt de privacywetgeving vooralsnog een stokje voor. “Klopt, dat is eigenlijk de grootste tekortkoming binnen dit systeem. Zo iemand kan zijn hele verhaal verder perfectioneren en vervolgens bij een ING of een ABN AMRO aankloppen. Wetgeving kadert compliance en KYC, maar beperkt deze poortwachterssystematiek dus ook. “Gelukkig hebben de ministers Hoekstra (Financiën, red.) en Grapperhaus (Justitie en Veiligheid, red.) een nationale aanpak aangekondigd, waar dit een onderdeel van is.”

Soft skills

Een casus zoals de witwasproblematiek bij ING heeft compliance hoog op de agenda van de Nederlandse politiek gezet. Het gevolg: banken zijn nu massaal op zoek naar compliance-medewerkers, maar ze vinden blijkt nog een hele klus. “Er zijn momenteel onvoldoende mensen met de juiste kennis en vaardigheden voorradig.” Dit ligt echter niet alleen aan de toenemende vraag, maar ook aan het type werkzaamheden dat ze moeten verrichten. “Je moet veel meer met data aan de slag: deze analyseren en daarop acteren. Niet iedereen is daarvoor in de wieg gelegd.”

Communicatieve vaardigheden zijn en blijven echter ontzettend belangrijk. “Het gaat uiteindelijk om de klant: díé moet je leren kennen. Data verzamelen gebeurt al grotendeels geautomatiseerd, waardoor je als bankmedewerker meer tijd over hebt om met de klant te gaan zitten. Daarom zijn soft skills nóg belangrijker geworden.” Het belang daarvan zal in de toekomst allesbehalve afnemen. “Technologische ontwikkelingen als Artificial Intelligence (AI) moeten ervoor zorgen dat computers zélf  verdachte transacties op kunnen sporen, waardoor er nóg meer ruimte ontstaat om het gesprek aan te gaan. Big data gaat dus een nóg grotere rol spelen in het vakgebied.”